Genealog VI - t blad
1.
GA Amsterdam 1996.10.06.
Bevolkingsregister 1891 - 1939 Overgenomen delen 1924 deel 81 blad 175.
1. Haar van der Gerhardus Albertus m hoofd 06-04-1877 Gramsbergen GK H
2. Montizaan Aartje v vrouw 16-08-1875 Epe H
3. Haar van der Gerritdina Bartha v dochter
27-02-1905 Amsterdam O
1 komt op 03-03-1903
van Amersfoort. 2 komt op 03-03-1903 van Epe.
1 en 2 trouwen op
29-01-1903. Het gezin woont Haarlemmerstraat 109hs H 7/149
1 t/m 3
vertrekken op 10-04-1905 naar Hardenberg.
Gerhardus woonde
tijdens het huwelijk in Amersfoort.
Aartje vertrok op 20
januari 1897 van Epe naar Heerde en op 14 october 1902 weer naar Epe en woonde
tot 29 januari 1903 bij haar zuster Anna.
RA Gelderland te Arnhem 1993.12.07.
BS Epe Huwelijksacte nr. 6. d.d. 29 januari 1903.
Gerhardus Albertus
van der Haar, oud 25 jaar, van beroep bakker, geboren te Gramsbergen en wonende
te Amersfoort, meerderjarige zoon van wijlen Jan van der Haar en van diens
weduwe Gerritdiena Grooters, oud 58 jaar, winkelierster te Gramsbergen, alhier tegenwoordig, en
Aartje Montizaan,
oud 27 jaar, zonder beroep, geboren en wonende te Epe, meerderjarige dochter
van wijlen de echtelieden Hendrikus Montizaan en van
Bartha Durand, welke ons verzocht hebben hun huwelijk te voltrekken in
tegenwoordigheid van:
1. Johannes
Montizaan, oud 80 jaar, zonder beroep te Epe, oom van de bruid
2. Albertus
Montizaan, oud 66 jaar, zonder beroep te Heerde, oom van de bruid
3. Johannes Hendrikus
Kasteel, oud 35 jaar, van beroep timmerman te Epe, zwager der bruid
4. Willem van der
Haar, oud 23 jaar, van beroep bakker te Driebergen, broeder des bruidegoms
Onder de akte staan
de handtekeningen van de bruidegom, de bruid, de moeder van de bruidegom en de
vier getuigen.
RA Overijssel te Zwolle 2002.09.17.
BS Gramsbergen Geboorte-acte nr. 37. d.d. 7 april
1877.
Jan van der Haar,
oud 48 jaar, van beroep kleermaker, wonende te Gramsbergen, welke ons verklaard
heeft dat Gerritdina Grooters, zonder beroep, wonende alhier,
zijne echtgenoote alhier op 6 april 1877 des namiddags ten half drie uren
verlost is van een kind van het mannelijk geslacht, hetzelve de voornamen
Gerhardus Albertus gevende. De gemelde verklaring is geschied in
tegenwoordigheid van Jacobus Brink, oud 59 jaar, van beroep grofsmid, en van
Hermannus Valkman, oud 53 jaar, van beroep landbouwer, beide wonende te
Gramsbergen.
Onder de akte staan
de handtekeningen van de vader en de twee getuigen.
Notariλle akten, waarbij Aartje Montizaan betrokken is.
Noten: 1 =
copie van originele akte;
2 = transcriptie van een akte;
3 = transcriptie van het betrokken
deel van de akte;
4 = inhoud van de akte is niet
interessant en is daarom niet overgenomen;
5 = de akte staat op naam van een ander
familie-lid.
1. Notaris W.J.M.
Verkouteren te Epe van 1884 t/m 1915.
Inv. nr. 5543/ 2938 |
|
Datum 09-06-1897 |
|
Omschrijving Voorlopige toewijzing van een huis met annex
schuur, erven en tuin te Epe van wijlen
Jannes G. Montizaan. |
|
5 |
|
Vindplaats V - r - 2 |
5543/ 2951 |
|
23-06-1897 |
|
Tweede veiling en toewijzing van
bovengenoemd huis. |
|
5 |
|
V - r - 2 |
5543/ 2952 |
|
23-06-1897 |
|
Veiling van de boedel van wijlen
Jannes G. Montizaan. |
|
5 |
|
V - r - 2 |
|
28-01-1903 |
|
Testament van Gerardus Albertus van der
Haar. |
|
1 |
|
VI - t |
|
28-01-1903 |
|
Testament van Aartje Montizaan. |
|
1 |
|
|
VI - t |
|
|
|
|
|
|
|
|
Genealog VI - t NA
blad 1.
GA Epe 1997.06.05.
fol. 1.
Op den acht
en twintigsten Januari des jaars negentien honderd en
drie is voor mij Willem Jacob Maximiliaan Verkouteren, Notaris in het
Arrondissement Zutphen, standplaats hebbende te Epe, in tegenwoordigheid van
beide na te noemen getuigen verschenen:
NΊ 4337. Gerhardus
Albertus van der Haar, bakker wonende te Amsterdam.
Welke comparant ten
overstaan van mij Notaris en in tegenwoordigheid van beide na te noemen
getuigen zijnen uitersten wil heeft verleden, dien ik, zooals die zakelijk aan
mij Notaris door den erflater is opgegeven, in duidelijke bewoordingen heb doen
schrijven als hier volgt:
Voor het geval dat
ik mocht komen te overlijden met achterlating van bloedverwanten in de
nederdalende linie
zoo geef en legateer ik aan mijne aanstaande
echtgenoote Aartje
Montizaan,
buiten beroep te Epe, het vruchtgebruik mijner
geheele nalatenschap haar
levenlang
gedurende met vrijstelling van de verplichting om daarvoor borg of zekerheid te
stellen.
En voor het geval
dat ik mocht komen te overlijden zonder bloedverwanten in de
nederdalende linie
na te laten, zoo stel en benoem ik voornoemde mijne
aanstaande
echtgenoote tot
eenige en algeheele erfgename mijner geheele
nalatenschap onder bepaling
evenwel
dat hetgeen daarvan bij haar overlijden nog onvervreemd en onverteerd zal zijn
overgebleven, zal
genoten worden door degenen, die bij haar overlijden mijne
wettelijke
erfgenamen zouden
zijn, indien ik op dat tijdstip ware overleden.
De opgave van dezen
uitersten wil buiten de tegenwoordigheid van de getuigen gedaan en het opstel
door mij Notaris gereed gemaakt zijnde, heeft de erflater alvorens de
voorlezing daarvan is geschied, zijnen uitersten wil nader zakelijk in tegenwoordigheid
der getuigen opgegeven.
Daarna is in
tegenwoordigheid van de getuigen deze uiterste wil
door mij Notaris aan den erflater voorgelezen en na die voorlezing, is door
mij, altijd in tegenwoordigheid van de getuigen aan den erflater afgevraagd of
het voorgelezene zijnen uitersten wil bevat, waarop hij zulks toestemmend heeft
beantwoord.
Al het vorenstaande heeft plaats gehad in
tegenwoordigheid van beide na te noemen getuigen, die zoowel als de comparant
erflater aan mij Notaris bekend zijn.
Waarvan
acte.
Gedaan en verleden
ten kantore van mij Notaris te Epe op dato als in het hoofd dezer is gemeld in
tegenwoordigheid van Johannes Zimmerman huisschilder en Hermanus Johannes
Lodewijk Blankhart notarisklerk beide wonende te Epe als getuigen. En
onmiddellijk na voorlezing van den geheelen inhoud van het vorenstaande deze
acte onderteekend door den comparant erflater, mij Notaris en de getuigen.
Joh. Zimmerman G
A van der Haar
H.J.L. Blankhart W. Verkouteren
Genealog VI - t NA
blad 2.
GA Epe 1997.06.05.
fol. 1.
Op den acht
en twintigsten Januari des jaars negentien honderd en
drie is voor mij Willem Jacob Maximiliaan Verkouteren, Notaris in het
Arrondissement Zutphen, standplaats hebbende te Epe, in tegenwoordigheid van
beide na te noemen getuigen verschenen:
NΊ 4338. Aartje
Montizaan, buiten beroep te Epe.
Welke comparante ten
overstaan van mij notaris en in tegenwoordigheid van beide na te noemen
getuigen, haren uitersten wil heeft verleden, dien ik, zooals die zakelijk aan
mij Notaris door de erflaatster is opgegeven in duidelijke bewoordingen heb
doen schrijven als hier volgt:
Voor het geval dat
ik mocht komen te overlijden met achterlating van bloedverwanten in de
nederdalende linie
zoo geef en legateer ik aan mijnen aanstaanden echtgenoot Gerhardus
Albertus van
der Haar, bakker te Amsterdam, het vruchtgebruik mijner geheele nalatenschap
zijn levenlang
gedurende met vrijstelling van de verplichting om daarvoor borg of zekerheid
te stellen.
En voor het geval
dat ik mocht komen te overlijden zonder bloedverwanten in de
nederdalende linie
na te laten, zoo stel en benoem ik voornoemden mijnen aanstaanden
echtgenoot tot
eenigen en algeheelen erfgenaam mijner geheele
nalatenschap, onder bepaling
evenwel
dat hetgeen daarvan bij zijn overlijden nog onvervreemd en onverteerd zal zijn
overgebleven, zal
genoten worden door degenen, die bij zijn overlijden mijne
wettelijke
erfgenamen zouden
zijn, indien ik op dat tijdstip ware overleden.
De opgave van dezen
uitersten wil buiten de tegenwoordigheid van de getuigen gedaan en het opstel
door mij Notaris gereed gemaakt zijnde, heeft de erflaatster alvorens de
voorlezing daarvan is geschied, haren uitersten wil nader zakelijk in
tegenwoordigheid der getuigen opgegeven.
Daarna is in
tegenwoordigheid van de getuigen deze uiterste wil
door mij notaris aan de erflaatster voorgelezen en na die voorlezing is door
mij, altijd in tegenwoordigheid van de getuigen aan de erflaatster afgevraagd
of het voorgelezene haren uitersten wil bevat, waarop zij zulks toestemmend
heeft beantwoord.
Al het vorenstaande heeft plaats gehad in
tegenwoordigheid van beide na te noemen getuigen, die zoowel als de comparante
erflaatster aan mij Notaris bekend zijn.
Waarvan
acte.
Gedaan en verleden
ten kantore van mij Notaris te Epe op dato als in het hoofd dezer is gemeld in
tegenwoordigheid van Johannes Zimmerman huisschilder en Hermanus Johannes Lodewijk
Blankhart notarisklerk beide wonende te Epe als getuigen. En
onmiddellijk na voorlezing van den geheelen inhoud van het vorenstaande deze
acte onderteekend door de comparante erflaatster, mij Notaris en de getuigen.
Aartje
Montizaan.
H.J.L. Blankhart W. Verkouteren
Joh. Zimmerman
+
te Hardenberg
22
maart 1947